Persoonlijke verzorging

Persoonlijke verzorging #

Welgestelde Romeinse namen geregeld een bad. Ze kenden uitgebreide badgewoonten. Het badhuis (thermen) diende niet alleen voor de hygiëne, maar ook voor sociaal verkeer. Er waren hete, warme en koude baden en er was gelegenheid voor sport, massage en ontspanning.

Badritueel #

Zeep was bij de Romeinen wel bekend maar bij het badritueel werden vooral oliën en soms ook melk, zalf, zand en kruiden gebruikt. Na het baden schraapte men het vuil van het lichaam met een strigilis (schraper) en besprenkelde men zich met geparfumeerde olie om de huid te verzachten.

Cosmetica #

Na het bad werden de mannen en vrouwen door een bediende en besprenkeld en ingesmeerd met parfum. De slaven die hen insmeerden met parfum heetten cosmetae. Ons woord cosmetica herinnert nog steeds aan deze slaven.

Haarverzorging #

De meeste vrouwen droegen hun haar in een knot, in krulletjes of in vlechten. Los haar een teken van losbandigheid. Lichaamsverzorging voor mannen bestond uit een kort geknipt kapsel en geschoren gezicht en benen.