Kamers 1 t/m 4 waren waarschijnlijk ontvangstruimten. Hier kwamen gasten binnen en probeerde de eigenaar zijn rijkdom te tonen met schilderingen (fresco's) op de muren de plafonds.

Hoofdingang van de villa. Die was voorzien was van een arcade; een ronde op puntige boog die rustte op twee zuilen.

In kamers 22, 23 en 24 zijn sporen gevonden die wijzen op een badhuis. Een Romeins badhuis had aparte ruimtes voor warme en koude baden. Ook was er een kleedruimte.

Kamer 19 was een ruimte met een stenen vloer. Waarschijnlijk was het de eetkamer.

De westelijke toren was 10 x 10 meter. De oostelijke toren was van eenzelfde grootte. In later tijd is daar een extra deel bijgebouwd (25).

Kamer 12 was waarschijnlijk in gebruik als portiersloge. De ruimte was 1,5 x 4 meter.

Trap naar bovenverdieping van de westvleugel.

Op deze plek bevond zich de kelder.

Verbindingsgang met een afmeting van 12 x 2,30 meter.

Gang of kamer tussen ruimte 5 en 6 (kelder).

Deze kamer was 3 x 3,5 meter.

Verbindingsgang/ruimte naar o.a. de eetkamer.

Ruimte 13 lag aan de voorkant van de villa. Daar was ook de ingang die voorzien was van een arcade; een ronde op puntige boog die rustte op twee zuilen. De ruimte was 21 x 3/3,5 meter. Aan de voorkant van de façade stond waarschijnlijk een zuilengalerij.

In kamer 10, maar ook in ruimte 11 zijn aanwijzingen gevonden voor de aanwezigheid van een zogenaamd "hypocaustum" systeem; een centrale (vloer) verwarming.